Van alle verschillende soorten sloten die er op de markt zijn wordt er vaak onderscheid gemaakt tussen de twee verschillende manieren van monteren. Zo zijn er de insteeksloten en oplegsloten. Een insteekslot wordt in de deur verwerkt, terwijl een oplegslot juist op de deur bevestigd wordt. Nu dit onderscheid is gemaakt kunnen we ook nog verschillende soorten insteeksloten onderscheiden. Zo zijn er bijvoorbeeld insteekcilindersloten, klaviersloten en insteeksloten met meerpuntssluitingen. Sommigen van deze soorten overlappen elkaar. Bijvoorbeeld een insteekslot met meerpuntssluiting kan ook een insteekcilinderslot zijn.
Insteekcilinderslot
Met een insteekcilinderslot bedoelen we een insteekslot dat wordt bediend met een cilinder. Dit is het meest voorkomende slot voor hoofdsloten van woningen. De manier waarop het slot werkt is dat deze geblokkeerd wordt met een cilinder. In de cilinder zitten stiften die voor de blokkade zorgen die met een sleutel met profiel kan worden opgeheven.
Klavierslot
Een klavierslot is een ouder type insteekslot die wordt bediend met een baardsleutel. Dit is het klassieke model sleutel die vaak nog voor kastdeuren wordt gebruikt. Ook bij achterdeuren, schuurdeuren en balkondeuren komt dit type slot nog weleens voor.
Meerpuntssluiting
Een nieuwer model insteekcilinderslot is het slot met meerpuntssluiting. Dit type slot kenmerkt zich doordat er met een enkele draai van de sleutel de deur met drie of meer sluitpunten kan worden afgesloten. Een standaard slot kent namelijk twee verschillende schoten. De dagschoot die de deur automatisch afsluit wanneer deze wordt dichtgeduwd en de nachtschoot die in het kozijn wordt geschoven wanneer het cilinderslot op slot wordt gedraaid. Bij een meerpuntssluiting
is er sprake van minimaal drie of meer nachtschoten die de deur afsluiten.